5 geheimen van briljante sprekers

5 geheimen van briljante sprekers

Al meer dan 20 jaar -wat zeg ik: 25 jaar- zie ik mensen presentaties geven. Sommige zijn briljant, andere ‘aardig’ en bij anderen trekt het kippenvel naar binnen toe weg.

Wat maakt iemand een briljant spreker? Eentje die zich écht in het geheugen van zijn (of haar) toehoorders wurmt? Diepe indruk maakt en echt tot actie aanzet?

Er zijn tientallen lessen, maar ik heb geen eigen boek. Dus hier mijn persoonlijke top 5.

#1: Laat je idee het werk doen

Veel mensen hebben spreekangst omdat ze denken dat mensen zich richten op jou als persoon. Ben ik wel goed genoeg? Kom ik wel goed over? Heb ik wel genoeg kennis en kan ik het lekker brengen?

Dat is niet de juiste insteek, leerde ik van Chris Anderson, de oprichter van TED. Zijn idee is even simpel als briljant: laat je idee het werk doen. Mensen komen niet naar jou luisteren, maar zijn benieuwd naar je ideeën. Dus richt je daarop.

Verzamel je allermooiste ideeën. Die waarvan je denkt: ‘dat is toch geweldig, dit zou iedereen moeten weten’. En neem je voor: ik ga die schenken aan mijn publiek. Ik trakteer op geweldige ideeën. En dat ik toevallig de persoon ben die ze brengt, dat is niet relevant. Laat je ideeën shinen en jij straalt met ze mee.

#2: Het is niet wat jij kwijt wilt, maar wat zij moeten onthouden

De nummer 1 fout van sub-effectieve sprekers: ze hebben te veel te melden. Ze durven niet te kiezen, of ze willen superslim overkomen (allebei even fout trouwens). Dus knallen ze hun presentatie zo vol met kennis, dat jij als toehoorder een foie-gras-eend momentje hebt. Niet nog meer! Ik ben al vetgemest.

Met als resultaat: heel veel over de bühne gegooid, niets is blijven hangen.

Een goede spreker heeft heel weinig te melden. Maar doet dat wel met veel precisie en aandacht. Liever 3 dingen die mensen nooit meer vergeten dan 453 inzichten die je publiek totaal overvoeren.

“In der Beschränkung zeigt sich erst der Meister.” (Johann Wolfgang von Goethe)

#3: Alles is vorm, zelfs inhoud

Presenteren is theater maken. Ook als je een slimme professor bent. Je publiek is cognitief misschien wel slim, maar je moet je ideeën laten plakken. Je moet ze ‘sticky’ maken.

Hoe doen geweldige sprekers dat? Ze vinden een mix van:

  • Verhalen en anekdotes. Die werken altijd. En het mooie is: hoe vaker je ze vertelt, hoe mooier ze worden. Ik ben van mening: aandikken en polijsten mag, als het maar functioneel is.
  • Toffe content. De basis van je verhaal. Wat is je boodschap en waar haal je het vandaan? Zonder content wordt het een showtje. Niet erg, behalve als je je publiek iets wilt leren.
  • Pas als je ideeën toepast, krijgen ze waarde. Help je publiek daarmee! Voor jou is het misschien gesneden koek, maar zij horen het voor het eerst (en zijn door de vorige spreker misschien platgeluld). Dus besteed aandacht aan de micro-habits om mee te beginnen. Wat kan ik morgen al doen? Wat is mijn eerste stap?

#4: Grijze muizen zijn er al genoeg

In sprekersland is er een grijze muizenplaag. Allemaal experts die iets weten over: agile, lean, scrum, empowered leadership with purpose. Of het ‘Rendement van Geluk’ (die eerste verzin ik, die tweede helaas niet).

Er zijn nog zoveel terreinen waar géén concurrentie is. Kies één terrein en word er wereldklasse in. Fuck generalisten. Leve de superspecialisten. Hoe onderscheid je jezelf qua titel en thema? Drie tips:

  1. Een knallende titel. Toen Joep Schrijvers zijn cursus ‘politiek in complexe organisaties’ omdoopte tot ‘Hoe word ik een rat?’, vond hij zijn micromonopolie.
  2. Laat zien dat je mensen begrijpt. Ons seminar over motiveren en inspireren kreeg als titel ‘Leidinggeven aan mensen die geen zin hebben’. Daar krijg je toch meteen zin van!
  3. Mensen willen niet veranderen, wel verbeteren. Niemand wil holistisch transformeren, maar als je de belofte doet dat je makkelijker, lichter en moeitelozer kunt leren leven en werken, dan tref je een onstilbare behoefte.

#5: Spontaan overkomen: de Remco en Rutger methode

Het is een grote (nee: een hele grote) misvatting dat sprekers die lekker uit hun woorden komen, gewoon vlot gebekt zijn. Zeker, het helpt. Maar om een doortimmerd verhaal écht soepel over te brengen heb je één ding nodig: heel veel tijd. Tientallen, honderden keren oefenen. Zodat je verhaal in je spiergeheugen zit. En je er niet meer bij na hoeft te denken.

Ik heb Remco’s presentaties al tientallen keren gezien, en ik kan bijna elke zin afmaken. Toch heb je als luisteraar het idee dat hij het ter plekke -op magistrale wijze- bedenkt. Dat is dus een kwestie van enorm veel vlieguren.

Eén van de weinige Nederlanders die ooit op de grote TED conferentie mocht spreken, is Rutger Bregman. Die zei dat je een verhaal pas écht in de vingers hebt als je het ook op dubbele snelheid kunt vertellen. Lukt dat nog niet? Nóg een keer oefenen!

Succes met je komende presentatie. Zorg dat hij bijzonder wordt. Je kunt dat. Go get them!

Door: Hans Janssen  -   - 

Dit is ook leuk